Jesse Dommisse en Manal Salhi werken als ANIOS op de afdeling neurologie. Beiden combineren ze die functie met diensten op de Spoedeisende Hulp. Ze vertellen enthousiast over hun ervaringen, de werksfeer en waarom juist Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis zo’n waardevolle plek is om te werken én te leren.
Manal werkt sinds augustus 2021 in het ziekenhuis. Ze begon als ANIOS op de Spoedeisende Hulp en was destijds een van de weinige arts-assistenten in het ziekenhuis. “Een tijd later werd ik gevraagd om te helpen op de neurologieafdeling. Zo ben ik daar ingerold – en ik ben eigenlijk nooit meer weggegaan.”
Jesse begon in 2024 als coassistent interne geneeskunde in Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis. “Ik werd gevraagd of ik na mijn coschap ANIOS wilde worden. Daar hoefde ik niet lang over na te denken. Sinds oktober 2024 werk ik hier, net als Manal, in een gecombineerde rol op neurologie en de Spoedeisende Hulp.”
Een brede rol met veel verantwoordelijkheid
Wat het werk volgens Jesse en Manal bijzonder maakt, is de afwisseling. “Geen dag is hetzelfde”, vertelt Manal. “De ene dag werk je op de afdeling en ben je bezig met nazorgtrajecten, de andere dag moet je snel schakelen omdat iemand ineens achteruitgaat. En dan zie je ook nog poliklinische patiënten. Je bouwt een eigen poli op, met een eigen populatie, en dat is heel waardevol – je leert echt een band opbouwen met je patiënten.”
Jesse beaamt dat. “In veel andere ziekenhuizen ben je als ANIOS vooral zaalarts. Hier doe je veel meer: je draait mee op de afdeling, de SEH, doet consulten en hebt je eigen poli. Dat maakt het werk heel gevarieerd en je ontwikkelt klinische vaardigheden op meerdere fronten tegelijk. We doen hier bijvoorbeeld ook lumbaalpuncties en trombolysebehandelingen.”
Korte lijntjes, veel leren
Beiden benadrukken dat het kleinschalige karakter van het ziekenhuis juist een groot voordeel is. “Er is overleg met alle specialismen. Als ANIOS neurologie vind ik dit erg waardevol voor mijn algemene kennis en ervaring. Je blijft het eerste aanspreekpunt voor de verpleegkundigen, bijvoorbeeld als een neurologiepatiënt plotseling pijn op de borst of buik krijgt. Dan is het fijn dat je direct met een medisch specialist – cardioloog, chirurg of internist – kunt overleggen en daar ook van kunt leren.”
Jesse vult aan: “Je werkt intensief samen met de neurologen. Omdat we met een klein team zijn, leer je iedereen snel goed kennen. Je spreekt elkaar bij de voornaam aan, overlegt laagdrempelig, en je bouwt snel een band op – niet alleen met elkaar, maar ook met de specialisten.”
Een team waar je bij wilt horen
Dat het teamgevoel sterk is, blijkt ook uit de sfeer buiten werktijd. “We lunchen vaak samen met het hele team – van neurologen en verpleegkundigen tot PA’s en poli-assistenten”, vertelt Jesse. “Met feestdagen organiseren we bingo’s en teamuitjes. Zo zijn we laatst nog met z’n allen naar een strandtent in de buurt geweest. Die momenten zorgen voor extra verbondenheid, en het eiland biedt volop leuke plekken om samen iets te ondernemen.”
Manal: “Die sfeer is zó belangrijk. Iedereen is benaderbaar en betrokken. En dat voel je. We hebben zelfs meegedaan aan een hardloopwedstrijd met een groep uit het ziekenhuis – compleet met shirtjes en aanmoediging vanuit het hele team. Dat soort initiatieven ontstaan spontaan en worden meteen omarmd.”
Zeldzame casuïstiek, brede ervaring
Wie denkt dat je in een kleiner ziekenhuis alleen de standaardneurologie ziet, heeft het mis. Jesse: “Je ziet hier van alles. Van heel veel voorkomende neurologische aandoeningen tot zeldzame diagnoses. En doordat je alles van begin tot eind meemaakt – van eerste beoordeling op de SEH tot poli of ontslag – leer je klinisch breed denken. Dat mis je soms in grotere centra, waar taken meer gescheiden zijn.”
Manal vult aan: “Dat is ook waardevol voor ANIOS die huisarts willen worden, en eerst klinische ervaring willen opdoen. In onze functie spreken we namelijk ook patiënten op de poli, dus dat is extreem waardevol, want dat is heel andere problematiek dan op de Spoedeisende Hulp.
Praktisch én prettig werken
Jesse en Manal wonen allebei in Rotterdam. Een prima reisafstand, vinden ze allebei. Jesse: “Ik ben er in 35 minuten en heb nooit file.” Manal vult aan: “Ik vind het zelfs prettig om even in de auto te zitten. ’s Ochtends word ik rustig wakker onderweg, en na een drukke dag helpt het me juist om even af te schakelen. Je komt thuis met een leeg hoofd.”
Voor ANIOS van verder weg is er bovendien een oplossing. Jesse: “Er zijn mooie, grote studio’s gratis beschikbaar. Helemaal ingericht, met bank, keuken, grote badkamer, televisie – alles erop en eraan. Ideaal als je een keer een dienst hebt of bij een teamuitje niet meteen naar huis hoeft.”
Betrokkenheid
Wat hen het meest raakt in het ziekenhuis, is de betrokkenheid van collega’s bij de patiënten. “Iedereen zet zich hier zó in,” zegt Jesse. “Het klinkt misschien cliché, maar hier is de betrokkenheid meer dan op andere plekken. Laatst kwam een verpleegkundige, die ook pedicure is, na werktijd vrijwillig en kosteloos terug om de voeten van een patiënt te verzorgen die in erbarmelijke staat was binnengekomen. Dat zegt alles.”
Manal herinnert zich een vrouw die terugkeerde uit een academisch ziekenhuis. “Ze moest huilen van blijdschap dat ze weer terug was. Niet omdat de zorg daar slecht was – integendeel – maar omdat ze zich hier echt gezien en verzorgd voelde.”
Voor Jesse en Manal is het duidelijk: Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis is niet zomaar een werkplek. Ze worden gezien, ontwikkelen zichzelf en zorgen écht samen. Ze maken elke dag het verschil als ANIOS neurologie.